6.20.2015

HERMANN HESSE, "Der Steppenwolf"



"der nächste, kommende Krieg,
der wohl scheusslicher sein wird,
als dieser es war"


DER STEPPENWOLF HATTE IN 1927 DEN ZWEITEN WELTKRIEG VORHERGESAGT !

"...Ich war während des Krieges Kriegsgegner gewesen, ich hatte nach dem Kriege gelegentlich zu Ruhe, Geduld, Menschlichkeit und Selbstkritik gemahnt und mich gegen die täglich schärfer, törichter und wilder werdende nationalistische Hetzerei gewehrt.(...) ...denn natürlich sind sie selber vollkommen unschuldig : der Kaiser, die Generale, die Grossindustriellen, die Politiker, die Zeitungen - Niemand hat sich das geringste vorzuwerfen, niemand hat irgendeine Schuld ! Man könnte meinen, es stehe alles herrlich in der Welt, nur liegen ein Dutzend Millionen totgeschlagener Menschen in der Erde. (...) ... und das Ziel und Ende von dem allem is wieder der Krieg, ist der nächste , kommende Krieg, der wohl noch scheusslicher sein wird, als dieser es war.
Aber keiner will das, keiner will den nächsten Krieg vermeiden, keiner will sich und seinen Kindern die nächste Millionenschlächterei ersparen (...) und der nächste Krieg wird von vielen tausend Menschen Tag für Tag mit Eifer vorbereitet. (...) Es gibt für mich kein "Vaterland" und keine Ideale mehr, das ist alles ja bloss Dekoration für die Herren, die das nächste Schlachten vorbereiten..."
(p.183, 184, 185).

DER STEPPENWOLF UND DIE LIEBE :

"...Ich brachte meine Probleme und Gedanken zu den Frauen mit, und völlig unmöglich hätte es mir geschienen, ein Mädchen länger als eine Stunde zu lieben, das kaum ein Buch gelesen hatte, kaum wusste, was Lesen ist, und einen Tschaikowsky von einem Beethoven nicht hätte unterscheiden können.
Maria hatte keine Bildung... (p.222)

6.19.2015

GUSTAVE FLAUBERT, "Madame Bovary"






"Pourquoi, mon Dieu, me suis-je mariée ?
Elle se demandait s'il n'y aurait pas eu moyen, par d'autres combinaisons du hasard,de rencontrer un autre homme..." (p.104).
"Bravo ! dit le pharmacien. Moi, si j'étais le gouvernement, je voudrais qu'on saignât  les prêtres une fois par mois."
"Taisez-vous donc,  monsieur Homais ! vous êtes un impie ! vous n'avez pas de religion !
Le pharmacien répondit :
"J'ai une religion, ma religion, et même j'en ai plus qu'eux tous, avec leurs mômeries et leurs jongleries ! J'adore Dieu, au contraire ! Je crois en l'Etre suprême, à un créateur, quel qu'il soit ...
Mon Dieu, à moi, c'est le Dieu de Socrate, de Franklin, de Voltaire et de Béranger. Je suis pour la Profession de foi du vicaire savoyard et les immortels principes de 89. ". (pag, 140, 141).

"Pourtant elle s'occupe, disait Charles.
Ah ! Elle s'occupe ! A quoi donc ? A lire des romans, de mauvais livres, des ouvrages qui sont contre la religion et dans lesquels on se moque des prêtres par des discours tirés de Voltaire" (p.190, 191).

"Mais il eût mieux  valu découvrir à Yonville quelque maison discrète. Rodolphe promit d'en chercher une.
Pour l'avertir, Rodolphe jetait contre les persiennes une poignée de sable" (p.235).
"Peut-être il parle à d'autres femmes ? Elles lui sourient, il s'approche. Oh ! non, n'est-ce pas, aucune te plaît ? Il y en a de plus belles; mais, moi, je sais mieux aimer ! Je suis ta servante et ta concubine ! tu es mon roi, mon idole ! tu es bon ! tu es beau ! tu es intelligent ! tu es fort ! " (p.259)

"Ils se couchaient sur l'herbe. ils s'embrassaient à l'écart  sous les peupliers; et ils auraient voulu, comme deux Robinsons, vivre perpétuellement dans ce petit endroit, qui leur semblait, en leur béatitude , le plus magnifique de la terre" (pag.329)

"Moi, je trouve que les mères doivent instruire elles-mêmes leurs enfants. C'est une idée de Rousseau, peut-être un peu neuve encore, mais qui finira par triompher, j'en suis sûr, comme l'allaitement maternel et la vaccination" (p.333, 334)



6.11.2015

De dochter van Jan Van Eyck







"DE DOCHTER VAN JAN VAN EYCK"


In 2014 stond het standbeeld van de gebroeders Van Eyck 150 jaar op de markt van Maaseik. Op 5 september 1864 kwam koning Leopold I naar Maaseik om dit standbeeld van de beroemdste zonen van Maaseik te onthullen (afb.1).
Reeds in 1847 ontdekte de Brugse historicus Charles Carton dat Jan Van Eyck (+1441) een huis bezat in de Gouden Handstraat, ongeveer op de plaats van het huidig huis in de Gouden Handstraat 6. Van Eyck verwierf dit huis van de makelaarsfamilie Van Melane. Tot in 1441 betaalde Van Eyck de rente van 30 schellingen die op zijn huis rustte. Daarna kwam het huis in handen van zijn erfgenamen, zijn vrouw Margareta en zijn twee (?) dochters. Zij bleven eigenaars tot in 1443. Wanneer in 1432 de Brugse bestuurslieden de schilder bij hem thuis met een bezoek vereerden om hem aan het werk te zien in zijn atelier, zal dit heugelijk bezoek dus plaats hebben gevonden in de Gouden Handstraat 6. Die gebeurtenis staat geregistreerd in de Brugse stadsrekeningen en is afgebeeld in de gotische zaal van het stadhuis. In 1855 werd de huidige woning Gouden Handstraat 6 opgetrokken, naar een ont-
werp van architect Isidoor Alleweireldt. Dit betekent dat de woning van Jan Van Eyck niet materieel bewaard is gebleven. Het achterhuis aan de Gouden Handrei gaat wel terug op een oude constructie.
Jammer genoeg staat hiervan niets vermeld in het standaardwerk "De huizen te Brugge" van Luc Devliegher.
Over de samenstelling van het gezin Jan Van Eyck zijn slechts enkele elementen bekend. In elk geval werd in 1434 hun eerste kind geboren. Filips de Goede schonk zijn schilder ter gelegenheid van de doop zes zilveren bekers , van de hand van de Brugse zilversmid Jean Peutin. , overeenkomstig de toenmalige hofetiquette. In naam van de hertog , die daarmee als peetvader fungeerde, werd de pas-
geborene door Pierre de Beau Fremont, de echtgenoot van een onwettige dochter van de hertog, in de Sint-Donaaskerk boven de doopvont gehouden. Rond 1450 ontving "Lyevine van der Eecke, dochter van wijlen Jehan van der Eecke, voorheen schilder, kamerdienaar van mijn voornoemde heer" van de hertog een deel van de bruidsschat voor haar intrede in het looster van de heilige Agnes in Maaseik. Livina kwam op vijftienjarige leeftijd aan in Maaseik,wanneer Jan al negen jaar dood was. Na haar Brugse kindertijd keerde Livina dus terug naar de geboortestad van haar vader. Belangrijk is de inventaris van de sacristie van het klooster van Maaseik uit de 16de eeuw. Daarin wordt melding gemaakt van twee kazuifels die van "zuster levijnen vader" afkomstig waren. Hieruit kan opgemaakt wordenm dat het gaat over Jan Van Eyck's dochter. Het is een feit dat de naam Livina ongebruikelijk was in Maaseik, maar meer voortkwam in de grote Vlaamse steden als Brugge en Gent. Beide kazui-
fels zijn dan mogelijk uit haar vaders nalatenschap afkomstig.
Op 5 november 1482 werd het Agnetenklooster in brand gestoken door de troepen van Jan Van Horn. De bedoeling was om de soldaten van Willem van der Mark, het everzwijn van de Ardennen, die zich in het klooster hadden verschanst, eruit te jagen. Het was een bloedige strijd, waarna alle zusters vluchtten naar Susteren en nooit meer teruggekeerd zijn naar Maaseik. Op de tentoonstelling "Livina van Eyck, een verborgen leven. Devote agneten in de 15de eeuw" ((sept.2014-febr.2015) waren o.m. manuscripten met prachtige miniaturen uit de kloosterbibliotheek te zien (afb.2).

6.10.2015

MULTATULI, "MAX HAVELAAR"






MULTATULI, "Max Havelaar" (1860)

"In plaats van aan te nemen wat de Schrift zegt, en dat behoort men toch te doen, want het staat in de Schrift zelve dat men gelovig moet wezen, doet hij allerlei vragen  :


-Wat was licht voor er zon was ?

-Wat zou er gebeurd zijn als Eva dien appel niet gegeten had ?

-Is mijn broertje verdoemd omdat hij voor den doop stierf ?

-Waar was de politie toen Petrus Ananias en Saffirah liet doodvallen ?

-Droeg Jezus kousen en had hij een tulband op ?

-Hoe hoog is hij opgevaren voor hij aan den rand kwam van onze atmosfeer, en waarheen ging hij verder ?

-Waarom was hij brutaal tegen zijn moeder toen deze hem zocht ?

-Is er een proces geweest over de waarde van de varkens die (door Jezus) in het water werden gejaagd ?

-Waartoe dienden die varkens in een land waar zwijnenvlees verboden is ?

-Waarom werd het mensdom eerst gered, vierduizend jaren na de schepping ?

-Waarom heeft de duivel macht als hij door Christus overwonnen is ?

-Was Constantijn de Grote niet een gemene moordenaar ?

-Vanwaar komt het dat vele eeuwen na Christus niet zo beschaafd waren als de eeuw van Augustus ?

-Waarom is Jezus een zoon Davids, als Jozef die van David afstamde, zijn vader niet was ?

-Hoe weten wij dat God groot is, als wij hem niet begrijpen ?

-Hoe kwam Noach aan een paar ijsberen voor de ark ?

-Wat gebeurt er als twee gelovigen tegen elkaar inbidden ? (p.214, 215).

"Ja, ik, Multatuli, die veel gedragen heb, neem de pen op. (...) Ik wil gelezen worden. Ja, ik wil gelezen worden. (...) En er zouden in alle hoofdsteden liederen worden gezongen met refreinen als dit : er ligt een roofstaat aan de zee, tussen Oost-Friesland en de Schelde. (...) Ik zal toenemen in kracht en scherpte van wapenen, naarmate het nodig zal wezen...God geve dat het niet nodig zij !
Neen, 't zal niet nodig zijn ! Want aan U draag ik mijn boek op, Willem den derden, Koning Groothertog, Prins..., meer dan Prins, Groothertog en Koning...Keizer van 't prachtig rijk van Insulinde dat zich daar slingert om den evenaar, als een gordel van smaragd...Aan U durf ik met vertrouwen vragen of 't uw keizerlijke wil is : dat Havelaar wordt bespat met den modder van Slijmeringen en Droogstoppels ? En dat daarginds Uw weer dan dertig miljoenen onderdanen worden mishandeld en uitgezogen in Uwen naam ?" (p.272)

E.W.SAID, ORIENTALISM (Vintage)











E.W.SAID, Orientalism (1978)

"In the only part of the Oriënt where British and French interests literally overlapped, the territory of the new hopelessly ill Ottoman Empire, the two antagonists managed their conflict with an almost perfect and characteristic consistency. Britain was in Egypt and Mesopotamia; through a series of quasi-fictional treaties with local (and powerless) chiefs it controlled the Red Sea, the Persian Gulf, and the Suez Canal, as well as most of the intervening land mass between the Mediterranean and India. France, on the other hand, seemed fated to hover over the Oriënt, descending once in a while to carry out schemes that repeated de Lesseps's succes with the canal; for the most part these schemes were railroad projects, such as the one planned across more or less British territory, the Syrian-Mesopotamian line. In addition France saw itself as the protector of Christian minorities- Maronites, Chaldeans, Nestorians. Yet, together, Britain and France were agreed in principle on the necessity, when the time came, for the partition of Asiatic Turkey " (p.220)
"...As a result of World War I, Asiatic Turkey was being surveyed by Britain and France for its dismemberment. There, laid out on a operating table for surgery, was the Sick Man of Europe, revealed in all his weakness..." (p.223).

Commentaar op "Orientalism" door Xandra Schutte, "Een sensuele maar achterlijke plek" in "De twintig boeken die ons denken veranderden (2015) :
"In Orientalism schetst Edward Said het beeld van tweeduizend jaar westerse dominantie over het Oosten. Door zich tegen de duistere, luie, irrationele en kinderlijke Oriënt af te zetten kon het heldere en volwassen Europa de eigen culturele en intellectuele superioriteit onderstrepen.
"Alleen Grieken zijn oprecht in staat om onderzoek te doen naar hun eigen Oudheid". Met deze, naar eigen zeggen absurde vergelijking, opent Bernard Lewis zijn befaamde polemiek tegen Orientalism.
Said reduceert nogal arbitrair de Oriënt tot het Midden-Oosten, en zijn Midden-Oosten tot de Arabische wereld, waarbij de Perzen, Turken en Joden terzijde zijn geschoven. Hij behandelt alleen de Engelse en Franse orientalisten en negeert de Duitse. Dat is, aldus Lewis, zoiets als de geschiedenis van de muziek of de filosofie schrijven met dezelfde omissie. Maar de Duitsers hadden ook geen koloniën in het Midden-Oosten, en dus gaat dan de these dat het wetenschappelijk vertoog de koloniale macht steunt niet op.
Het boek heeft volgens veel criticasters het slachtofferdenken in de Arabische wereld aangewakkerd; Arabieren en islamieten zijn de langdurige slachtoffers van de vertekende, racistische blik van westerlingen" (p.93, 94).